Zoekmachines en recht op privacy

Op 13.05.2014 heeft het Europees Hof een belangrijke uitspraak gedaan inzake het recht op privacy in samenhang met Internet-zoekmachines. in de kwestie met zaaknr. C-131/12 is Google veroordeeld tot het verwijderen, en verwijderd houden, van persoonsgebonden informatie met betrekking tot een Spaanse ingezetene. Het betrof in casu verwijzingen in de Google-index inzake een openbare verkoop uit maart 1998, zoals deze toentertijd gepubliceerd was in de Spaanse krant La Vangurardia. Hoewel de krant de betreffende informatie rechtmatig had verkregen en gepubliceerd, en Google deze informatie op haar beurt op rechtmatige wijze had verzameld, geïndexeerd en via haar zoekmachine ter beschikking had gesteld, heeft het Hof geoordeeld dat sprake is van een bewerking in de zin van de Richtlijn 95/46/EG (Privacy-richtlijn), en dat Google als exploitant van de Internet-zoekmachine als ‚bewerker’ in de zin van de richtlijn is aan te merken. En dus heeft Google de Privacy-richtlijn te respecteren. Mitsdien is Google onder bepaalde omstandigheden gehouden links naar door derden openbaar gemaakte informatie over natuurlijke personen te verwijderen en verwijderd te houden. De exploitant van een internet-zoekmachine mag evenwel toch een belangenafweging maken. Voorop staat het belang van de betreffende natuurlijke persoon, maar onder omstandigheden moet dat belang wijken voor het algemeen belang bij toegankelijkheid van de betreffende informatie. Het verzoek tot verwijdering van links kan door de betrokkene rechtstreeks aan de exploitant van de Internet-zoekmachine gericht worden. Indien het verzoek tot verwijdering niet gehonoreerd wordt kan de betrokkene zich vervolgens wenden tot het bevoegde college c.q. de bevoegde rechter.
Aanvang juni 2014 heeft Google op haar website voor de inwoners van de EU een (voorlopig) formulier beschikbaar gesteld voor individuele aanvragen tot verwijdering van links naar persoonsgebonden data.